zondag 18 augustus 2013

Lekker in een bootje langs ‘Hollandse’ apen, wilde Orang Oetangs, krokodillen en prachtige slangen (Borneo, 2 of 2)

Na vooral onder water gekeken te hebben, gingen we tijdens het tweede deel van onze Borneo-vakantie vooral langs het water kijken. Na een urenlange autorit door voornamelijk palmolie-plantages nam ik me heilig voor zo min mogelijk producten te eten waar palmolie in verwerkt is. Ongelofelijk wat hiervoor aan primair regenwoud heeft moeten wijken! Uiteindelijk kwamen we aan in Sepilok, dat aan de rand van een regenwoud ligt dat twee keer zo groot is als Singapore en gelukkig nog intact is.

In Sepilok worden orang oetangs opgevangen en voorbereid op een leven terug in het wild. Dit lijkt gemakkelijker gezegd dan gedaan; gemiddeld zijn apen 6 tot 10 jaar in of in de buurt van het opvangcentrum voordat ze echt zichzelf kunnen redden. Om de apen zo min mogelijk aan mensen te laten wennen konden we helaas de baby-aapjes niet van dichtbij zien (had Prins Bernard niet gezegd dat dit het mooiste was wat je kon overkomen, een baby-orang oetang in je armen houden?!). Er was nog wel een plek waar de verwilderde apen 1 keer per dag gevoerd werden en gelukkig kwamen er aardig nog wat apen af op de trossen bananen. Ze worden expres met alleen maar bananen gevoerd in de hoop dat ze dit zo eentonig vinden, dat ze zelf actief naar ander eten op zoek gaan.


En wat zijn het een indrukwekkende dieren, met grote, bruine ogen waarmee ze je bijna menselijk aankijken. Het zijn echt enorme goede klimmers, ze slingeren met het grootste gemak van de ene boom naar de andere. Zo jammer dat deze prachtige dieren zwaar bedreigd zijn en alleen nog maar voorkomen op Borneo en Sumatra. Natuurlijk hebben we ook een aapje geadopteerd: Beryl, een uitstekende klimmer die als buddy wordt ingezet om minder dappere aapjes te leren klimmen.








Na Sepilok gingen we via Sandakan (het is dus niet alleen een held uit lang vervlogen tijden, maar ook een stad) over de rivier dieper de jungle in. De rivieroevers waren dichtbegroeid met bijna ondoordringbaar regenwoud, dus de boot was by far de beste manier om dieren te bekijken. En wat hebben we veel mooie dieren gezien: enorme zoutwaterkrokodillen die bij laag water op de oever lagen te zonnen, neushoornvogels, ijsvogels en heel veel apen. Een hele typische apensoort die alleen hier voorkomt zijn de proboscis apen, vreemde dikbuikige apen met (de mannetjes dan) enorme rode neuzen. Door de locals werden ze “monkey Belanda” genoemd en ik kan me wel een flinke gelijkenis voorstellen met de Nederlandse kolonisten die hier dikbuikig, puffend met roodverbrande neuzen moeten hebben rondgelopen...
 
Proboscis monkey of neusaap

 
Pig tail macaque









We wachten tot het donker wordt op de Kinabatangan rivier
zodat we de vuurvliegjes kunnen gaan zien
We sliepen in twee resorts langs de rivier, waarbij om het eerste resort een houten board walk over het moerasachtige gebied was aangelegd. Na de lunch gingen we daar een klein eindje over lopen en wat kwamen we daar tegen; een echte wilde orang oetang, die op haar gemak bessen aan het plukken was naast het pad! Geweldig natuurlijk, wat een mazzel. Het bleek na navraag bij onze gids Rose te zijn, een jonge orang oetang van een jaar of zes, die net door haar moeder uit huis was gezet en nu regelmatig nog terug kwam naar voor haar vertrouwde plekjes, zoals deze plaats vlakbij het resort.

 

In de middag, avond en de volgende dag hadden we nog meer prachtige riviersafari’s waarbij vooral de proboscis apen zich erg goed lieten zien. Zij zoeken ’s avonds met de hele groep een boom op naast de rivier waar ze met hun kont naar de rivier in gaan zitten om te slapen. Het was een geweldig gezicht om de jonge apen streken uit te zien halen en de mannelijke leider verwoede pogingen zien te ondernemen om zijn gezag te laten gelden. Onze gids wist echt heel veel te vertellen en wist de best verstopte slangen (ik zag hem nog niet toen hij op 30 cm voor mijn neus zat...) voor ons te vinden. Super was ook de excursie bij zonsondergang, waar het bootje in de schemering werd stilgelegd en we konden genieten van alle junglegeluiden onder het genot van een kopje koffie met koekjes.   
 
 


Boven de mangrove cat snake en onder de groene Wangler's pit viper

Ook op de terugreis naar Sandakan hadden we weer veel geluk; langs de oever troffen we een orang oetang die een Doerian-boom aan het leegplukken was; zij vinden deze afschuwelijk stinkende vruchten dus wél lekker...
De vetste onder de monsters die we gespot hebben

 






Na nog een nachtje Kota Kinabalu aan het strand was het alweer tijd om terug te vliegen naar huis voor ons laatste jaartje Singapore. Was is het toch fantastisch dat we hier zoveel mooie dingen kunnen zien!

Terug in Kota Kinabalu @Seaview hotel met WIFI....
 

zaterdag 17 augustus 2013

Op de koffie bij de koppensnellers en finding Nemo, schildpadden, haaien en barracuda’s (Borneo, Maleisië 1 of 2)

Na vier heerlijke weken Nederland (voor Angelique, Daan en Pim dan, Ardy was al eerder terug), wilden we toch nog graag in ‘de buurt’ op vakantie en togen we dus voor 10 dagen naar Borneo. Borneo is een enorm eiland dat wordt gedeeld door Maleisië en Indonesië en is veel te groot om in 10 dagen te bekijken. We hebben daarom maar voor een puntje (Sabah) gekozen, waarbij we vooral heel veel natuur hebben gezien en deze keer geen enkele tempel (tot grote opluchting van Daan en Pim). Ook voor dit kleine puntje hadden we toch al twee binnenlandse vluchten nodig, wat in Borneo wel erg goed geregeld was.

Onze eerste stopplaats was Kota Kinabalu, de hoodfstad van Sabah. Een aardige stad, nog erg nieuw (oude stad was verwoest in WOII) waar een leuk soort openlucht museum was waar verschillende longhouses door de stammen van Sabah op authentieke manier waren nagemaakt. Ingehuurde Filipinno’s joegen argeloze bezoekers de stuipen op het lijf door hen vanuit een hinderlaag te besluipen en hun tassen na te zoeken op meegebracht hoofden. Tot vrij recent was het nog goed gebruik bij verschillende stammen om de hoofden van de vijanden af te hakken en vervolgens als bescherm-decoratie in de hut op te hangen. Gelukkig was dit niet zό authentiek en lieten ze verder vooral zien hoe ze, met alleen materialen uit het regenwoud, alcohol stookten, kleding maakten en eten klaarmaakten in bamboestokken.
Het openlucht museum over de 5 belangrijkste tribes in Borneo.
Slechts 3 daarvan waren koppensnellers....
Na 1 ½ dag Kota Kinabalu vlogen we door naar Tawau, vanaf waar we met een busje naar de haven werden gebracht en met een hele snelle boot (en dus ook een behoorlijke bumpy ride) tussen de huizen van de locale sea gypsies naar het eiland Mabul voeren. Hier was het duiken, duiken en nog eens duiken. Mabul ligt vlakbij Sipadan, volgens de wereldberoemde duiker Jacques Cousteau 1 van de mooiste duikplekken ter wereld. In een poging om het koraal te beschermen tegen teveel duikers en ook omdat in 2000 een aantal toeristen 9 maanden zijn gekidnapt door Filippijnse piraten, zijn alle resorts op het eiland Sipadan gesloten. Per dag mogen er maar 150 mensen duiken en iedereen werd bij aankomst op het eiland geregistreerd door een soldaat met een mitrailleur; het eiland wordt nu streng bewaakt door militairen.
Met 300 pk tusssen de huisjes van de "sea gypsies" op weg naar Mabul, Kapalai en Sipadan 
Voelde dus allemaal een beetje vreemd, maar het duiken was fantastisch. Omdat we 4 nachten op Mabul waren zat in ons pakket 1 dag duiken op Sipadan en dit was wel het summum van duiken: scholen met honderden baracuda’s waar je gewoon tussenin kon zwemmen, haaien, waar Pim gewoon naast ging liggen en schildpadden, met drie of vier tegelijk. Ook het koraal was fantastisch! De andere dagen hebben de mannen op verschillende (ook prachtige) plekken rondom Mabul gedoken; in totaal wel 14 duiken in 4 dagen dus het was hard werken. De duiken waren vaak maar drie kwartier en een klein stukje varen, zodat de jongens op de plek van het resort uit kwamen blazen tussen de duiken door. Ik zat daar heerlijk met een boekje in de zon en sprong af en toe van de pier in het water waar een prachtig koraalrif naast lag, om even te snorkelen. Het was bijna een wintersportgevoel, maar dan met 30◦....




 

Alle drie de hier voorkomende haaien wilde zich wel even aan ons laten zien: White tip reef shark, black tip reef shark and grey reef shark!

Duizenden jagende barracuda's@ Barracuda Point.....

 

 
Hoewel bij elke duik wel schildpadden tegen kwamen bleef het telkens toch weer fantastisch om met deze schildpadden van wel een meter groot mee te zwemmen door het rif.

 




Een hawksbill  zeeschildpad en een groene zeeschildpad samen
Natuurlijk waren er ook nog heel veel andere soorten te zien waaronder de meest fantastisch gekleurde zeeslakjes, continu veranderende sepia's, prachtige triggervissen, en uiteraard de meest gemakkelijk te fotograferen clownvis in een purple foot anemoon.