Het hoogtepunt van onze Laos-reis was een tweedaagse
‘cursus’ olifanten temmen. In een vallei, vlakbij Luang Prabang, werden ‘oude’
werkolifanten opgevangen en mochten toeristen onder begeleiding van echte
mahouts de olifanten mee verzorgen. Allereerst kregen we les in commando’s in
het Laotiaans: pai pai was naar voren, kwa kwa naar links en (heel belangrijk!)
hou hou was stop. Nadat je de olifant van opzij benaderd had (van voren ziet
hij je slecht aankomen) stak de olifant keurig zijn poot omhoog en kon je via
zijn poot op zijn nek klimmen. Knieƫn achter de oren, handen op de kop en
rijden maar! Het was echt hoog en best spannend, maar ook superleuk. Hierna
gingen we voor een ‘gemakkelijk’ ritje: in een stoel bovenop de rug van de
olifant een wandeling van een uur, over soms smalle paadjes en een heel stuk
door de rivier.
Toen we dit goed onder de knie hadden, gingen we weer op de
kop van de olifant gezeten, met de olifanten naar de jungle, waar zij
overnachtten. De volgende dag was het tijd voor het echte toetje: olifanten
badderen. Al om half 8 kwamen de olifanten weer terug uit de jungle en mochten
we de olifanten in de rivier laten badderen. Zittend op de nek/kop/rug mochte
we de olifanten uitgebreid borstelen en lieten ze zich soms kopje onder glijden
in het water. Prachtig om te zien hoe die magnifieke beesten hiervan genoten en
wij ook!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten